Subsidievinder

Premie voor het aansluiten van een bestaand gebouw op een warmtenet.

De premie wordt verleend aan de eigenaar van het gebouw.

De premie bedraagt maximaal 40% van de investeringskosten.

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Premie voor ondernemingen die investeren in bepaalde performante ecologische technologieën (zie op de limitatieve lijst website VLAIO).

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.

De technologieën sluiten aan bij de thema’s koeling, transport, warmte/verwarming, water en diverse. Met de ecologiepremie+ wil de Vlaamse overheid ondernemingen stimuleren om hun processen duurzaam, klimaatvriendelijk, circulair en energiezuinig te organiseren.

De subsidie dekt 10 tot 55% van de meerkost van de investering, afhankelijk van de technologie en de grootte van de onderneming. 

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Premie voor ondernemingen die investeren in vergroening, electrificatie of energie-efficiëntie van klimatisatie van hun gebouwen of hun processen.

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.

De GREEN investeringssteun is een aanvulling op de Ecologiepremie+. Investeren op de technologielijst van de Ecologiepremie+ komen niet in aanmerking voor de GREEN investeringssteun.

GREEN steunt ook enkel technologieën die verder gaan dan wat ingeburgerd is. Er is geen steun voor thermische isolatie, aanpak gebouwschil, hoogrendementsglas, efficiëntere verlichting, toerentalregeling van compressoren, elektrische wagens, energiemanagementsystemen (EMS) voor de sturing van gebouwen (o.a. HVAC, zonnepanelen, …), …

Enkel investeringen die een proces integraal vergroenen of electrificeren komen in aanmerking. Hybride installatie kunnen geen steun krijgen. Ook volgende toepassingen komen niet in aanmerking voor GREEN:

• luchtgebaseerde warmtepompen voor klimatisatietoepassingen
• PV-panelen, windturbines of andere technologieën om elektriciteit te produceren die reeds als standaard beschouwd worden of die reeds financieel ondersteund worden
• CCS (Carbon Capture and Storage)

Het steunbedrag varieert tussen de 20 en 55% van de ecologische meerkost, afhankelijk van de technologie en grootte van de onderneming. De totale steun bedraagt maximaal 1 miljoen euro per onderneming voor een periode van drie jaar.

Steuncertificaten met of zonder garanties van oorsprong voor eigenaars van nieuwe installaties die elektriciteit 

• produceert uit biogas, biomassa of windenergie 
• en warmte produceert met een kwalitatieve warmte-krachtinstallatie

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

OPGELET: VOORLOPIG GEEN NIEUWE OPROEPEN!
Het VIPA werkt voor de klimaatsubsidies met periodieke oproepen waarop u kan intekenen.
Op dit moment is er geen duidelijkheid over de beschikbare budgetten en is er dus geen zicht op nieuwe oproepen.

Originele tekst:

Subsidies voor zorgvoorzieningen die energiebesparende maatregelen uitvoeren met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. Zonnepanelen, windenergie, relighting/relamping en warmtekrachtkoppeling (WKK's) komen niet in aanmerking voor klimaatsubsidies. De aanvraag gebeurt via het digitaal platform TERRA en kan enkel voor maatregelen die zijn voorgesteld na een energiescan of -audit. 

U kunt kiezen om uw klimaatsubsidies aan te vragen via de beperkte of de uitgebreide procedure (combinatie mogelijk). Het toegekende bedrag is afhankelijk van de gekozen procedure en kostprijs van de maatregel, maar steeds maximaal het bedrag nodig om de terugverdientijd van de energiebesparende maatregel te herleiden tot vijf jaar.

Voor toekenning van klimaatsubsidies via de uitgebreide procedure mogen de werken nog niet begonnen zijn.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor de energetische renovatie van een niet-woongebouw. Enkel maatregelen die de energieprestatie van het gebouw verbeteren (isolatie en hernieuwbare energie) komen in aanmerking. Een gebouw dat gesloopt en volledig herbouwd wordt, komt niet in aanmerking.

Volgende categorieën van werken komen in aanmerking:

• isolatie van daken (eventueel in combinatie met verwijdering asbest): de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 4,5 m².K/W bedragen. Bij hellende daken moet een dampscherm geplaatst worden aan binnenzijde van het gebouw. Ook zoldervloerisolatie komt in aanmerking, maar enkel indien de zolder onverwarmd is.
• isolatie van vloer op volle grond en kelderplafondisolatie: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 2 m²K/W bedragen.
• het navullen van een bestaande spouwmuur of plaatsen van buitenmuurisolatie, zowel aan binnen- als aan buitenzijde (eventueel in combinatie met verwijdering van asbest)
  • voor spouwisolatie: de maximale lambawaarde van het gebruikte materiaal is 0,065 W/m.K. De spouw is volledig opgevuld en heeft een minimale breedte van 50 mm. De na-isolatie van spouwmuren die al gedeeltelijk voorzien zijn van spouwmuurisolatie, komt niet in aanmerking
  • isolatie aan buitenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 3 m² K/W
  • isolatie aan binnenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 2 m² K/W
• plaatsen van een (hybride) warmtepomp
• plaatsen van een nieuwe warmtepompboiler voor productie van sanitair warm water
• plaatsen van een nieuwe zonneboiler 
• plaatsen van hoogrendementsbeglazing: de Ug-waarde(open definitie) van de hoogrendementsbeglazing of de U-waarde van de transparante kunststofplaten of lichtkoepels mag maximaal 1,0 W/m²K bedragen.

Let op:

• Enkel nieuwe isolatielagen komen in aanmerking. Bestaande isolatie mag niet worden meegerekend.
• In geval isolatie gecombineerd wordt met verwijdering van asbest mogen kan een bijkomende premie aangevraagd worden tot uiterlijk eind 2025.

Het toegekende subsidiebedrag hangt af van de uitgevoerde energiebesparende maatregel, en bedraagt maximaal 40% van de factuur (excl. BTW).

Gebruik de simulator om de mogelijkheden en bedragen voor een specifiek gebouw te bekijken.

De eigenaar van een micro-warmtekrachtinstallatie kan een premie ontvangen voor deze investering.

Het steunbedrag wordt bepaald als percentage van de investeringskost en wordt afgetopt op maximaal 4700 euro per kWe.

- 45% voor grote ondernemingen

- 55% voor middelgrote ondernemingen

- 65% procent voor andere aanvragers

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Subsidie voor energiebesparend maatregelen aan verwarmingsinstallatie, dak, ventilatie en buitenschrijnwerk die uitgevoerd worden aan bestaande en bruikbare gebouwen of buiteninfrastructuren voor het basisonderwijs, secundair onderwijs, volwassenenonderwijs, CLB's en onderwijsinternaten.

Voor deze specifieke maatregelen is versnelde aanvraag van subsidie t.o.v. standaard procedure mogelijk:

• Groene warmte:
  • Het vervangen van verwarmingsinstallaties door (hybride) warmtepompen
  • Aansluiten op een warmtenet gevoed door restwarmte of groene warmte
• Daken
  • Isoleren van platte en hellende daken. De vernieuwde of na-geïsoleerde dakdelen moet een maximale U-waarde van 0,24 W/m²K halen
• Ramen
  • Vervangen van buitenschrijnwerk met enkele beglazing of gewone dubbele beglazing. Het nieuwe buitenschrijnwerk moet een maximale U-waarde van 1,5 W/m²K halen en de beglazing een maximale U-waarde van 1,0 W/m²K
  • geïntegreerde insecten- en zonwering komen ook in aanmerking
• Ventilatie
  • Realisatie van een energie-efficiënt ventilatiesysteem C of D in een bestaand gebouw, inclusief het plaatsen van ventilatieroosters in de buitenschil indien van toepassing

Het toegekende bedrag bedraagt 60 of 70% van de subsidiabele kostprijs, afhankelijk van het onderwijsniveau.

Deze subsidie is te combineren met de renteloze energielening van AGION.

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Je kan een erfgoedpremie aanvragen voor werken aan beschermd onroerend erfgoed, goederen in de overgangszone bij beschermd erfgoed en goederen in een erfgoedlandschap. Er is een standaardprocedure en er zijn thematische oproepen.

De standaardprocedure is bedoeld voor (periodieke) onderhoudswerken, beheerswerken en kleine totaalprojecten. 

- Het steunpercentage is standaard 40%, afgetopt op 100.000 euro.
- De btw wordt niet meegenomen in de berekening van de premie.
- Er zijn aanvullende premies voor specifieke types erfgoed en voor bepaalde aanvragers, tot een maximum van 80%, afgetopt op 200.000 euro
- Er is een beperking van één erfgoedpremie via de standaardprocedure per bescherming per jaar (uitzondering voor beschermde landschappen).
- Er is een beperking van het totaalbedrag tot 500.000 euro per vijf jaar.

OPGELET: VOORLOPIG STOPGEZET!

De energielening voor zorg was een programma voor 2023-2024 en wordt niet verdergezet in 2025.
VIPA bekijkt of dit in 2026 kan hervat worden
 

Voor ingrepen om de duurzaamheid en energieprestatie van beschermd onroerend erfgoed of gebouwen opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed te verbeteren kunt u een erfgoedlening aanvragen. De erfgoedlening heeft een lage intrestvoet.

De lening bedraagt minimum 25.000 euro en maximum 250.000 euro. Uw eigen inbreng bedraagt minimaal 20% van de totale investering.

De vaste looptijd bedraagt minimum 3 jaar en maximum 20 jaar.

De intrestvoet voor leningen bedraagt op dit moment 1%.

Uiterlijk op 1 oktober van elk jaar lanceert de Vlaamse minister bevoegd voor Onroerend Erfgoed één of meerdere oproepen. Het agentschap Onroerend Erfgoed specifieert het thema, de doelstelling, de doelgroep, het budget en de deelnemingsvoorwaarden van elke specifieke oproep.

Een oproep bestaat uit twee rondes: een preselectieronde en de definitieve indiening.

Kijk regelmatig op de pagina van het Agentschap Onroerend Erfgoed om de meest recente oproep te bekijken.

Dit programma staat ten dienste van alle entiteiten binnen de Vlaamse overheid die vastgoed in eigen beheer hebben, als eigenaar of huurder. Door de investeringen die het programma doet, kunnen de Europese klimaat- en energiedoelstellingen en het Vlaams Regeerakkoord mee ondersteund worden.

De volledige lijst van instellingen die in aanmerking komen, staat op de website van het Facilitair Bedrijf.

De DAB is een rollend fonds: via de terugbetalingen worden inkomsten gegenereerd die opnieuw kunnen geïnvesteerd worden. 

Het gaat om:

• gebouwen van de Vlaamse overheid: zowel eigendommen als huurgebouwen
• kunstwerken van de Vlaamse overheid
• energiebesparende maar ook energieopwekkende maatregelen met een korte of middellange terugverdientijd. Bijhorend onderhoud, dus valt ook binnen de scope.

In principe komen alle energiebesparende en -opwekkende maatregelen in aanmerking. Toch zal er prioriteit worden gegeven aan maatregelen met een korte of een middellange terugverdientijd.

Het voordeel voor de entiteiten is dat zij, door gebruik te maken van het programma voor maatregelen met een terugverdientijd < 15 jaar, enkel een beroep moeten doen op eigen energiekredieten en zelf geen investeringen moeten doen. Door de besparingen, die de investeringen met zich meebrengen, kunnen de entiteiten de investering aan de DAB terugbetalen en dit zonder interesten.

Voor maatregelen met een terugverdientijd > 15 jaar, zal wel een deel beroep moet worden gedaan op investeringskredieten om de terugbetaling op 15 jaar te kunnen verzekeren.

Nadat de kosten zijn terugbetaald, zijn de besparingen voortvloeiend uit de investeringen, volledig ten voordele van de betrokken entiteiten.

Lever je projectfiche aan per mail naar investenergiebeheer@vlaanderen.be.

Indien voor een gebouw in het verleden reeds doorlichtingen (ELISE, potentieelscan, haalbaarheidsstudie, ..) werden opgesteld, dan dienen die ook samen met de voorstellen bezorgd te worden.

Premie voor ondernemingen die investeren in vergroening, electrificatie of energie-efficiëntie van klimatisatie van hun gebouwen of hun processen.

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.

De GREEN investeringssteun is een aanvulling op de Ecologiepremie+. Investeren op de technologielijst van de Ecologiepremie+ komen niet in aanmerking voor de GREEN investeringssteun.

GREEN steunt ook enkel technologieën die verder gaan dan wat ingeburgerd is. Er is geen steun voor thermische isolatie, aanpak gebouwschil, hoogrendementsglas, efficiëntere verlichting, toerentalregeling van compressoren, elektrische wagens, energiemanagementsystemen (EMS) voor de sturing van gebouwen (o.a. HVAC, zonnepanelen, …), …

Enkel investeringen die een proces integraal vergroenen of electrificeren komen in aanmerking. Hybride installatie kunnen geen steun krijgen. Ook volgende toepassingen komen niet in aanmerking voor GREEN:

• luchtgebaseerde warmtepompen voor klimatisatietoepassingen
• PV-panelen, windturbines of andere technologieën om elektriciteit te produceren die reeds als standaard beschouwd worden of die reeds financieel ondersteund worden
• CCS (Carbon Capture and Storage)

Het steunbedrag varieert tussen de 20 en 55% van de ecologische meerkost, afhankelijk van de technologie en grootte van de onderneming. De totale steun bedraagt maximaal 1 miljoen euro per onderneming voor een periode van drie jaar.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor het uitvoeren van energiebesparende maatregelen, waarvan de verwachte besparing werd aangetoond via een uitgevoerde energiestudie of energieaudit. 

De premie is niet cumuleerbaar met de Verbouwpremie voor Niet-residentiële gebouwen of de premie voor relighting. Dak- of zoldervloerisolatie, muurisolatie, vloerisolatie, vervanging van beglazing, plaatsing van zonneboilers, warmtepompen, warmtepompboilers, zonnepanelen of de energiebesparende aanpassing van binnenverlichting komen dus niet in aanmerking. Het gaat hier dus vooral om subsidiëring van niet-gebouwgebonden investeringen.

Deze premie is eveneens niet cumuleerbaar met groenestroomcertificaten, warmtekrachtcertificaten of groenewarmtecertificaten.

Het toegekende bedrag wordt berekend als een percentage van de meerkosten van de investering ten opzichte van de standaardinvestering. Het steunpercentage is afhankelijk van de berekende interne rentevoet (na belastingen) van de investering in de energiestudie of energieaudit en wordt als volgt geplafonneerd:

• IRR > 13%: steun bedraagt 0%
• 10% < IRR < 13%: de steun bedraagt (13-IRR)*20%
• IRR < 10%: 60%

De premie bedraagt maximaal €100 000 per investering met een maximaal cumulatief plafond van €100 000 euro voor drie opeenvolgende belastingjaren per eindafnemer.

Steun die zich richt op grote projecten met een uitgesproken innovatief karakter, een omvangrijk milieuvoordeel en belangrijke strategische troeven voor de onderneming en voor Vlaanderen.

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.  

Volgende investeringsprojecten kunnen in aanmerking komen: 

• transitie naar circulaire economie
• energie-efficiëntiemaatregelen bij bedrijfsprocessen
• hernieuwbare energie en elektrificatie
• opvang en gebruik van CO2
• warmtenetten
• walstroominstallaties
• milieubescherming
• milieustudies (maar bv. geen energie-audits of algemene klimaatplannen)

Technologieën die vermeld staan op de technologielijst voor de ecologiepremie+ komen niet in aanmerking. Geen cumulatie met andere steun mogelijk.

Het toegekende subsidiebedrag wordt bepaald door type investering, de ecoklasse waartoe een technologie behoort op basis van zijn ecologiegetal en de grootte van de onderneming. De steunpercentages worden toegekend op de ecologische meerkost van de investering en varieert tussen 20 en 70%, met een maximum van €500 000 per onderneming voor een periode van 3 jaar.

Oost-Vlaamse gemeenten die een samenwerkingsverband opzetten of versterken met het oog op het streven naar een duurzaam bedrijventerrein kunnen hiervoor een subsidie vragen.

De subsidie bedraagt maximaal 20.000 euro.

De acties ter verduurzaming zijn gericht op:

• het verbeteren van het (bedrijfs)economisch resultaat;
• de vermindering van de milieubelasting;
• de vermindering van de CO2 uitstoot of het verhogen van de weerbaarheid tegen de klimaatgevolgen;
• een efficiënter ruimtegebruik.

Studiekosten komen in aanmerking.

De maatregelen dienen een uitdrukkelijk gemeenschappelijk element te vertonen. Maatregelen die enkel ten goede komen van individuele bedrijven, worden niet ondersteund.

Aanvragen mogen elk jaar ingediend worden tot 31 oktober.

VLAIO subsidieert de vergroeningsscan om ondernemingen te ondersteunen bij het vergroenen van hun warmtebronnen. 

De subsidie bedraagt 85% van de kosten (of max. 10.000 euro).

De studie omvat een technologische analyse en financiële doorrekening van het gekozen vergroeningstraject, met als doel een effectieve implementatie.

2. De vergroeningsscan is dus een gesubsidieerde voorstudie die één technologie/installatie of een specifieke groep verbruikers onderzoekt. Deze concrete vergroeningscase kan in een later stadium mogelijk op investeringssteun rekenen.

Vermindering van de onroerende voorheffing voor een energiezuinige gebouw.  De energiezuinigheid wordt bepaald door het E-peil. De vermindering kan enkel toegekend worden voor nieuwbouw, voor verbouwingen die gelijkgesteld zijn met nieuwbouw en voor gebouwen die een ingrijpende energetische renovatie ondergaan.

De vermindering is altijd een percentage van de onroerende voorheffing gedurende een aantal jaar. Drie factoren bepalen hoe groot de vermindering is en hoe lang ze toegekend blijft:

• wanneer werd de stedenbouwkundige vergunning aangevraagd
• aard van de werken: nieuwbouw, (gedeeltelijke) herbouw of ingrijpende energetische renovatie
• E-peil op 1 januari van het aanslagjaar

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

OPGELET: VOORLOPIG GEEN NIEUWE OPROEPEN!
Het VIPA werkt voor de klimaatsubsidies met periodieke oproepen waarop u kan intekenen.
Op dit moment is er geen duidelijkheid over de beschikbare budgetten en is er dus geen zicht op nieuwe oproepen.

Originele tekst:

Subsidies voor zorgvoorzieningen die energiebesparende maatregelen uitvoeren met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. Zonnepanelen, windenergie, relighting/relamping en warmtekrachtkoppeling (WKK's) komen niet in aanmerking voor klimaatsubsidies. De aanvraag gebeurt via het digitaal platform TERRA en kan enkel voor maatregelen die zijn voorgesteld na een energiescan of -audit. 

U kunt kiezen om uw klimaatsubsidies aan te vragen via de beperkte of de uitgebreide procedure (combinatie mogelijk). Het toegekende bedrag is afhankelijk van de gekozen procedure en kostprijs van de maatregel, maar steeds maximaal het bedrag nodig om de terugverdientijd van de energiebesparende maatregel te herleiden tot vijf jaar.

Voor toekenning van klimaatsubsidies via de uitgebreide procedure mogen de werken nog niet begonnen zijn.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor de energetische renovatie van een niet-woongebouw. Enkel maatregelen die de energieprestatie van het gebouw verbeteren (isolatie en hernieuwbare energie) komen in aanmerking. Een gebouw dat gesloopt en volledig herbouwd wordt, komt niet in aanmerking.

Volgende categorieën van werken komen in aanmerking:

• isolatie van daken (eventueel in combinatie met verwijdering asbest): de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 4,5 m².K/W bedragen. Bij hellende daken moet een dampscherm geplaatst worden aan binnenzijde van het gebouw. Ook zoldervloerisolatie komt in aanmerking, maar enkel indien de zolder onverwarmd is.
• isolatie van vloer op volle grond en kelderplafondisolatie: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 2 m²K/W bedragen.
• het navullen van een bestaande spouwmuur of plaatsen van buitenmuurisolatie, zowel aan binnen- als aan buitenzijde (eventueel in combinatie met verwijdering van asbest)
  • voor spouwisolatie: de maximale lambawaarde van het gebruikte materiaal is 0,065 W/m.K. De spouw is volledig opgevuld en heeft een minimale breedte van 50 mm. De na-isolatie van spouwmuren die al gedeeltelijk voorzien zijn van spouwmuurisolatie, komt niet in aanmerking
  • isolatie aan buitenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 3 m² K/W
  • isolatie aan binnenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 2 m² K/W
• plaatsen van een (hybride) warmtepomp
• plaatsen van een nieuwe warmtepompboiler voor productie van sanitair warm water
• plaatsen van een nieuwe zonneboiler 
• plaatsen van hoogrendementsbeglazing: de Ug-waarde(open definitie) van de hoogrendementsbeglazing of de U-waarde van de transparante kunststofplaten of lichtkoepels mag maximaal 1,0 W/m²K bedragen.

Let op:

• Enkel nieuwe isolatielagen komen in aanmerking. Bestaande isolatie mag niet worden meegerekend.
• In geval isolatie gecombineerd wordt met verwijdering van asbest mogen kan een bijkomende premie aangevraagd worden tot uiterlijk eind 2025.

Het toegekende subsidiebedrag hangt af van de uitgevoerde energiebesparende maatregel, en bedraagt maximaal 40% van de factuur (excl. BTW).

Gebruik de simulator om de mogelijkheden en bedragen voor een specifiek gebouw te bekijken.

Premie voor het verwijderen van asbest dakbedekking of onderdak van niet-verwarmde gebouwen, als op ten minste 10% van de dakoppervlakte nieuwe zonnepanelen geplaatst worden. 

Het toegekende bedrag bedraagt

• €12/m² per m² asbestverwijdering
• maximaal de totale investeringskost voor het verwijderen en afvoeren van asbest

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Subsidie voor energiebesparend maatregelen aan verwarmingsinstallatie, dak, ventilatie en buitenschrijnwerk die uitgevoerd worden aan bestaande en bruikbare gebouwen of buiteninfrastructuren voor het basisonderwijs, secundair onderwijs, volwassenenonderwijs, CLB's en onderwijsinternaten.

Voor deze specifieke maatregelen is versnelde aanvraag van subsidie t.o.v. standaard procedure mogelijk:

• Groene warmte:
  • Het vervangen van verwarmingsinstallaties door (hybride) warmtepompen
  • Aansluiten op een warmtenet gevoed door restwarmte of groene warmte
• Daken
  • Isoleren van platte en hellende daken. De vernieuwde of na-geïsoleerde dakdelen moet een maximale U-waarde van 0,24 W/m²K halen
• Ramen
  • Vervangen van buitenschrijnwerk met enkele beglazing of gewone dubbele beglazing. Het nieuwe buitenschrijnwerk moet een maximale U-waarde van 1,5 W/m²K halen en de beglazing een maximale U-waarde van 1,0 W/m²K
  • geïntegreerde insecten- en zonwering komen ook in aanmerking
• Ventilatie
  • Realisatie van een energie-efficiënt ventilatiesysteem C of D in een bestaand gebouw, inclusief het plaatsen van ventilatieroosters in de buitenschil indien van toepassing

Het toegekende bedrag bedraagt 60 of 70% van de subsidiabele kostprijs, afhankelijk van het onderwijsniveau.

Deze subsidie is te combineren met de renteloze energielening van AGION.

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor het volledig verwijderen van bestaande binnenverlichting (zowel armaturen als lampen), de uitvoering van een lichtstudie waarin de nieuwe installatie volledig wordt berekend in een ruimte ingetekend volgens realiteit, en het plaatsen van een volledig nieuwe verlichtingsinstallatie conform de studie. Alle andere vormen van aanpassingen aan de verlichtingsinstallatie of de plaatsing van buitenverlichting komen niet in aanmerking.

Het toegekende bedrag bedraagt per ruimte maximum €15 000 (zonder daglichtsturing) en €20 000 (met daglichtsturing) en wordt beperkt tot het factuurbedrag (excl.BTW).

Wanneer de premies van meerdere ruimtes het maximumbedrag overstijgt, moet het dossier opgesplitst worden in aparte aanvragen om een maximum aan premie te verkrijgen.

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor het volledig verwijderen van bestaande binnenverlichting (zowel armaturen als lampen), de uitvoering van een lichtstudie waarin de nieuwe installatie volledig wordt berekend in een ruimte ingetekend volgens realiteit, en het plaatsen van een volledig nieuwe verlichtingsinstallatie conform de studie. Alle andere vormen van aanpassingen aan de verlichtingsinstallatie of de plaatsing van buitenverlichting komen niet in aanmerking.

Het toegekende bedrag bedraagt per ruimte maximum €15 000 (zonder daglichtsturing) en €20 000 (met daglichtsturing) en wordt beperkt tot het factuurbedrag (excl.BTW).

Wanneer de premies van meerdere ruimtes het maximumbedrag overstijgt, moet het dossier opgesplitst worden in aparte aanvragen om een maximum aan premie te verkrijgen.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Oproep voor investeringsprojecten die inzetten op het bevorderen van de energie-efficiëntie van het patrimonium van het lokaal bestuur en de lokale gemeenschap.

Deze oproep richt zich op lokale besturen (gemeenten, intercommunales en provincies), en lokale verenigingen met rechtspersoonlijkheid in Vlaanderen, behalve Limburg (hiervoor komt een aparte oproep).

Het steunpercentage bedraag max. 40% van de subsidiabele kosten, of 500.000 euro.

Binnen deze oproep zijn de kostenrubrieken investeringen, (beperkte) werking en externe prestaties voorzien. De oproep richt zich op een totaalvisie van maatregelen zoals, niet-limitatief:

• Plaatsen van dakisolatie;
• Plaatsen van vloerisolatie;
• Afbreken en vervangen van dak(vlak)ramen of lichtkoepels door thermisch performante dak(vlak)ramen of lichtkoepels;
• Afbreken en vervangen van bestaande verlichting en armaturen door energiezuinige LED-verlichting en armaturen (relighting);
• Plaatsen van buitenmuurisolatie; 
• ...

Kosten gericht op het genereren van hernieuwbare energie (zoals bijvoorbeeld, niet limitatief, warmtepomp op basis van niet fossiele brandstoffen, …) kunnen ook deel uitmaken van het project. Voorwaarde daarbij is dat deze kosten ondergeschikt blijven aan de kosten voor energie-efficiëntie.

Deadline voor de vooraanmelding is 4 april. 
Deadline voor de indiening van projectvoorstellen is 10 juli.

Premie voor ondernemingen die investeren in bepaalde performante ecologische technologieën (zie op de limitatieve lijst website VLAIO).

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.

De technologieën sluiten aan bij de thema’s koeling, transport, warmte/verwarming, water en diverse. Met de ecologiepremie+ wil de Vlaamse overheid ondernemingen stimuleren om hun processen duurzaam, klimaatvriendelijk, circulair en energiezuinig te organiseren.

De subsidie dekt 10 tot 55% van de meerkost van de investering, afhankelijk van de technologie en de grootte van de onderneming. 

Subsidie ter ondersteuning van de facilitatie om tot een energieprestatiecontract of OEPC te komen.

De EPC-subsidie bedraagt 10% van de totale facilitatiekost met een maximum van 8000€.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

OPGELET: VOORLOPIG GEEN NIEUWE OPROEPEN!
Het VIPA werkt voor de klimaatsubsidies met periodieke oproepen waarop u kan intekenen.
Op dit moment is er geen duidelijkheid over de beschikbare budgetten en is er dus geen zicht op nieuwe oproepen.

Originele tekst:

Subsidies voor zorgvoorzieningen die energiebesparende maatregelen uitvoeren met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. Zonnepanelen, windenergie, relighting/relamping en warmtekrachtkoppeling (WKK's) komen niet in aanmerking voor klimaatsubsidies. De aanvraag gebeurt via het digitaal platform TERRA en kan enkel voor maatregelen die zijn voorgesteld na een energiescan of -audit. 

U kunt kiezen om uw klimaatsubsidies aan te vragen via de beperkte of de uitgebreide procedure (combinatie mogelijk). Het toegekende bedrag is afhankelijk van de gekozen procedure en kostprijs van de maatregel, maar steeds maximaal het bedrag nodig om de terugverdientijd van de energiebesparende maatregel te herleiden tot vijf jaar.

Voor toekenning van klimaatsubsidies via de uitgebreide procedure mogen de werken nog niet begonnen zijn.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor de energetische renovatie van een niet-woongebouw. Enkel maatregelen die de energieprestatie van het gebouw verbeteren (isolatie en hernieuwbare energie) komen in aanmerking. Een gebouw dat gesloopt en volledig herbouwd wordt, komt niet in aanmerking.

Volgende categorieën van werken komen in aanmerking:

• isolatie van daken (eventueel in combinatie met verwijdering asbest): de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 4,5 m².K/W bedragen. Bij hellende daken moet een dampscherm geplaatst worden aan binnenzijde van het gebouw. Ook zoldervloerisolatie komt in aanmerking, maar enkel indien de zolder onverwarmd is.
• isolatie van vloer op volle grond en kelderplafondisolatie: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie moet minstens 2 m²K/W bedragen.
• het navullen van een bestaande spouwmuur of plaatsen van buitenmuurisolatie, zowel aan binnen- als aan buitenzijde (eventueel in combinatie met verwijdering van asbest)
  • voor spouwisolatie: de maximale lambawaarde van het gebruikte materiaal is 0,065 W/m.K. De spouw is volledig opgevuld en heeft een minimale breedte van 50 mm. De na-isolatie van spouwmuren die al gedeeltelijk voorzien zijn van spouwmuurisolatie, komt niet in aanmerking
  • isolatie aan buitenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 3 m² K/W
  • isolatie aan binnenzijde: de Rd-waarde van de nieuwe isolatie bedraagt minstens 2 m² K/W
• plaatsen van een (hybride) warmtepomp
• plaatsen van een nieuwe warmtepompboiler voor productie van sanitair warm water
• plaatsen van een nieuwe zonneboiler 
• plaatsen van hoogrendementsbeglazing: de Ug-waarde(open definitie) van de hoogrendementsbeglazing of de U-waarde van de transparante kunststofplaten of lichtkoepels mag maximaal 1,0 W/m²K bedragen.

Let op:

• Enkel nieuwe isolatielagen komen in aanmerking. Bestaande isolatie mag niet worden meegerekend.
• In geval isolatie gecombineerd wordt met verwijdering van asbest mogen kan een bijkomende premie aangevraagd worden tot uiterlijk eind 2025.

Het toegekende subsidiebedrag hangt af van de uitgevoerde energiebesparende maatregel, en bedraagt maximaal 40% van de factuur (excl. BTW).

Gebruik de simulator om de mogelijkheden en bedragen voor een specifiek gebouw te bekijken.

Het voorbereiden van een OEPC vergt studiewerk (bv. Energieaudits, opmaken bestek, conditiestaatmetingen, …). Meestal doet men hiervoor beroep op een studiebureau, waaraan de nodige kosten verbonden zijn. De Provincie komt tussen in deze voorbereidende studiekosten.

• subsidiepercentage: 50%
• dit wordt verhoogt naar 75% als aan één of beide extra voorwaarden is voldaan:
  1. De aanvrager beschikt over een vastgoedstrategie.
  2. Het OEPC-contract beoogt minimaal 40% besparing.

Aanvragen kunnen doorlopend ingediend worden via het aanvraagformulier op de website van de Provincie West-Vlaanderen.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Renteloze energielening voor de investering in zonnepanelen en de opslag van zonne-energie voor organisaties die beschikken over eigen cultuur- of jeudinfrastructuur.

Volgende kosten (incl. BTW) komen in aanmerking voor de energielening:

• aankoop en plaatsing van een fotovoltaïsche installatie
• netaansluiting
• eventuele graafwerken
• extra AC/DC-bekabeling

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 135 000 per project
• wordt rechtstreeks uitbetaald aan de leverancier, na de plaatsing van de zonnepanelen
• is renteloos en terug te betalen in maandelijkse schijven op maximum 10 jaar tijd

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Premie voor het verwijderen van asbest dakbedekking of onderdak van niet-verwarmde gebouwen, als op ten minste 10% van de dakoppervlakte nieuwe zonnepanelen geplaatst worden. 

Het toegekende bedrag bedraagt

• €12/m² per m² asbestverwijdering
• maximaal de totale investeringskost voor het verwijderen en afvoeren van asbest

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Renteloze energielening voor het gesubsidieerd onderwijs voor de investering in hernieuwbare energie (zonnepanelen, zonneboiler, warmtepompen … ) of investeringen in energie-efficiëntie (isolatie, vervangen buitenschrijnwerk, stookplaatsrenovatie …). 

De lijst van energiebesparende maatregelen is te vinden op de website van AGION .

In een energielening kunnen alle werken opgenomen worden die technisch verband houden met de energetische ingrepen. Naast het investeringsbedrag voor de uitvoering van de maatregel, kan ook de kost voor voorbereidend studiewerk (max 10%) of afbraakwerken worden ontleend.

Het uitgeleende bedrag 

• bedraagt maximaal € 1 000 000 (excl. BTW en onkosten) per vestigingsplaats.
• is renteloos

Voor het toekennen van energieleningen is een extra budget voorzien dat los staat van de budgetten voor de reguliere financiering van een infrastructuurproject.

Zijn investeringen beperkt tot zonnepanelen, dan ligt de terugbetalingstermijn op 15 jaar. Als gelijktijdig in hernieuwbare energie en energie-efficiëntie wordt geïnvesteerd bedraagt de terugbetalingstermijn 20 jaar. Vervroegd aflossen is mogelijk, verlening van termijn niet.

De subsidieprocedures van AGION zijn compatibel met de energielening. 

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

OPGELET: VOORLOPIG GEEN NIEUWE OPROEPEN!
Het VIPA werkt voor de klimaatsubsidies met periodieke oproepen waarop u kan intekenen.
Op dit moment is er geen duidelijkheid over de beschikbare budgetten en is er dus geen zicht op nieuwe oproepen.

Originele tekst:

Subsidies voor zorgvoorzieningen die energiebesparende maatregelen uitvoeren met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. Zonnepanelen, windenergie, relighting/relamping en warmtekrachtkoppeling (WKK's) komen niet in aanmerking voor klimaatsubsidies. De aanvraag gebeurt via het digitaal platform TERRA en kan enkel voor maatregelen die zijn voorgesteld na een energiescan of -audit. 

U kunt kiezen om uw klimaatsubsidies aan te vragen via de beperkte of de uitgebreide procedure (combinatie mogelijk). Het toegekende bedrag is afhankelijk van de gekozen procedure en kostprijs van de maatregel, maar steeds maximaal het bedrag nodig om de terugverdientijd van de energiebesparende maatregel te herleiden tot vijf jaar.

Voor toekenning van klimaatsubsidies via de uitgebreide procedure mogen de werken nog niet begonnen zijn.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Een onderneming, vrij beroep of natuurlijk persoon die een investering in energiebesparing of hernieuwbare energie uitvoert, kan onder bepaalde voorwaarden een investeringsaftrek krijgen.

De federale overheid verrekent deze investeringsaftrek op de winst van het belastbaar tijdperk waarin de investeringen zijn verkregen of tot stand gebracht.

OPGELET: De informatie voor investeringen gedaan in 2025 is nog niet volledig beschikbaar.

2024: Isoleren van buitenschil, vervanging van buitenschrijnwerk, werken aan verwarmingsinstallaties, plaatsing van warmtepomp, plaatsen van hernieuwbare technologieën inclusief biomassa, vernieuwen van verlichtingsinstallatie, plaatsing van ventilatiesysteem D, gebruik van warmterecuperatie, ... komen in aanmerking.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2024 bedraagt 15.5%.

2025: de investeringen moeten opgenomen zijn in een bepaalde categorie van de gepubliceerde lijsten. De webtoepassing voor het aanvragen van attesten is in ontwikkeling.

Het financieel voordeel voor investeringen in 2025 bedraagt 30 of 40%.

Premie voor ondernemingen die investeren in vergroening, electrificatie of energie-efficiëntie van klimatisatie van hun gebouwen of hun processen.

Onder ‘onderneming’ verstaan we: zelfstandigen, vennootschappen met rechtspersoonlijkheid en de Europese economische samenwerkingsverbanden.

De GREEN investeringssteun is een aanvulling op de Ecologiepremie+. Investeren op de technologielijst van de Ecologiepremie+ komen niet in aanmerking voor de GREEN investeringssteun.

GREEN steunt ook enkel technologieën die verder gaan dan wat ingeburgerd is. Er is geen steun voor thermische isolatie, aanpak gebouwschil, hoogrendementsglas, efficiëntere verlichting, toerentalregeling van compressoren, elektrische wagens, energiemanagementsystemen (EMS) voor de sturing van gebouwen (o.a. HVAC, zonnepanelen, …), …

Enkel investeringen die een proces integraal vergroenen of electrificeren komen in aanmerking. Hybride installatie kunnen geen steun krijgen. Ook volgende toepassingen komen niet in aanmerking voor GREEN:

• luchtgebaseerde warmtepompen voor klimatisatietoepassingen
• PV-panelen, windturbines of andere technologieën om elektriciteit te produceren die reeds als standaard beschouwd worden of die reeds financieel ondersteund worden
• CCS (Carbon Capture and Storage)

Het steunbedrag varieert tussen de 20 en 55% van de ecologische meerkost, afhankelijk van de technologie en grootte van de onderneming. De totale steun bedraagt maximaal 1 miljoen euro per onderneming voor een periode van drie jaar.

Steuncertificaten met of zonder garanties van oorsprong voor eigenaars van nieuwe installaties die elektriciteit 

• produceert uit biogas, biomassa of windenergie 
• en warmte produceert met een kwalitatieve warmte-krachtinstallatie

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Om onroerend erfgoed energiezuinig te maken, is vaak specifiek advies nodig. Voor kleine panden (met een EPC residentieel, EPC gemeenschappelijke delen of ECP klein niet-residentieel) kan gratis energieadvies aangevraagd worden, als aanvulling op het EPC. 

Voor grotere gebouwen kan een Energieaudit Onroerend Erfgoed aangevraagd worden. Deze is niet gratis, maar er is wel een premie voorzien:

- 80% van de aanvaarde kostenraming
- maximaal 20.000 euro
- btw wordt niet meegenomen in de berekening van de premie

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Subsidie voor organisaties die investeren in verbouwingswerking, structurele ingrepen om duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ...

Erelonen en onderzoekskosten in het kader van nieuwbouw- uitbreidings- en verbouwwerken, structurele ingrepen om de duurzaamheid van het gebouw te verbeteren, ... worden forfaitair vastgesteld op maximaal 10% van het bedrag van de raming van de goedgekeurde bouwwerken bij de toekenning van de subsidie door het VGC College.

Enkel kosten gemaakt na de subsidiebeslissing komen in aanmerking voor subsidiëring met uitzondering van de kosten gemaakt voor tijdelijke huisvesting in geval van hoogdringendheid en kosten gemaakt voor de ontwerpfase van het bouwproject.

Cumuleerbaar met investeringssubsidies van andere instanties.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

OPGELET: VOORLOPIG GEEN NIEUWE OPROEPEN!
Het VIPA werkt voor de klimaatsubsidies met periodieke oproepen waarop u kan intekenen.
Op dit moment is er geen duidelijkheid over de beschikbare budgetten en is er dus geen zicht op nieuwe oproepen.

Originele tekst:

Subsidies voor zorgvoorzieningen die energiebesparende maatregelen uitvoeren met een terugverdientijd groter dan vijf jaar. Zonnepanelen, windenergie, relighting/relamping en warmtekrachtkoppeling (WKK's) komen niet in aanmerking voor klimaatsubsidies. De aanvraag gebeurt via het digitaal platform TERRA en kan enkel voor maatregelen die zijn voorgesteld na een energiescan of -audit. 

U kunt kiezen om uw klimaatsubsidies aan te vragen via de beperkte of de uitgebreide procedure (combinatie mogelijk). Het toegekende bedrag is afhankelijk van de gekozen procedure en kostprijs van de maatregel, maar steeds maximaal het bedrag nodig om de terugverdientijd van de energiebesparende maatregel te herleiden tot vijf jaar.

Voor toekenning van klimaatsubsidies via de uitgebreide procedure mogen de werken nog niet begonnen zijn.

Subsidies voor uitvoeren van een bouwopdracht, energieaudit of toegankelijkheidsdoorlichting van een cultuur- of jeugdinfrastructuur met bovenlokaal belang. Het betreft investeringen voor één of meerdere prioriteiten:

• duurzaamheid
• veiligheid 
• toegankelijkheid

Voor zonnepanelen kunnen geen subsidies aangevraagd worden. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de renteloze energielening (CJM)

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. erelonen en studiekosten, max 15% van de gesubsidieerde werken) of €500 000. Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €10 000 voor jeugdinfrastructuur
• minimaal €30 000 voor cultuurinfrastructuur
• minimaal €150 0000 voor jeugdverblijven en hostels (erkenning TVL)

Aanvragen moeten uiterlijk op 1 april van lopend kalenderjaar worden ingediend. Slechts één aanvraag per site.
Op de officiële website van het Departement Cultuur, Jeugd en Media vindt u een niet-exhaustieve lijst van subsidieerbare maatregelen.

Subsidie voor het bouwen, uitbreiden, verbouwen of verwerven van cultuur- en jeugdinfrastructuur met strategisch belang, waarbij de focus ligt op transformatie van de infrastructuur. Kosten Kunst in Opdracht komen ook in aanmerking.

De infrastructuur voldoet hierbij minstens aan één van onderstaande kenmerken:

1. De schaal van de cultuur- of jeugdinfrastructuur is van uitzonderlijke omvang. 
2. De cultuur- of jeugdwerking die in de infrastructuur plaatsvindt, richt zich op de Vlaamse Gemeenschap of ruimer. 
3. De infrastructuur vervult een specifieke cultuur- of jeugdfunctie van strategisch belang voor de Vlaamse Gemeenschap. 
4. De infrastructuur heeft een uitzonderlijk cultureel belang door haar architecturale of historische waarde.

Het subsidiebedrag bedraagt

• maximaal 60% van de totale geraamde kosten (incl. algemene kosten zoals erelonen, werfopvolging, studiekosten, ... , forfaitair vastgesteld op max 15% van de gesubsidieerde werken). Eigen middelen bedragen minstens 40%
• minimaal €150000

De overheidsopdracht voor de plaatsing van de werken wordt op zijn vroegst verzonden of gepubliceerd op de datum van de subsidiebeslissing. Vanaf de datum van de subsidiebeslissing heb je tien jaar om het project voorlopig op te leveren en de laatste betaalaanvragen in te dienen.

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be

Lokale besturen die het LEKP ondertekend hebben, kunnen 50% subsidie krijgen voor projecten die inzetten op vergroening, energie, mobiliteit en regenwater.

De doelstellingen van de werf 'energie' zijn:

- Jaarlijkse primaire energiebesparing van 2,09% in het lokaal patrimonium (LEKP 2.0 = 3%)

- Reductie CO2-uitstoot van het lokaal patrimonium

- VerLEDding openbare verlichting

- 1 laadpuntequivalent per 100 inwoners (LEKP 2.0: 1,5 laadpuntequivalent)

- 50 collectieve energiebesparende renovaties per 1000 wooneenheden (LEKP 2.0: waarvan 25 fossielvrij)

- Coöperatieve of participatieve hernieuwbare energieprojecten (LEKP 1.0: 18 kW per 500 inwoners, LEKP 2.0: 36 kW per 500 inwoners)

- LEKP 2.1: Toegang tot een energiegemeenschap voor 1 per 500 inwoners


Voor 2024 is de voorlopige verdeling van de middelen bepaald in het Besluit Vlaamse Regering 05/07/2024: toekenning subsidie en bepaling inschrijvingsperiode Lokaal Energie- en Klimaatpact 2024 (LEKP 1.0, 2.0 en 2.1) | Vlaanderen.be